SV | En gij hebt [mij] heden aangewezen, dat gij mij goed gedaan hebt; want de HEERE had mij in uw hand besloten, en gij hebt mij niet gedood. |
WLC | [וְאַתְּ כ] (וְאַתָּה֙ ק) הִגַּ֣דְתָּ הַיֹּ֔ום אֵ֛ת אֲשֶׁר־עָשִׂ֥יתָה אִתִּ֖י טֹובָ֑ה אֵת֩ אֲשֶׁ֨ר סִגְּרַ֧נִי יְהוָ֛ה בְּיָדְךָ֖ וְלֹ֥א הֲרַגְתָּֽנִי׃ |
Trans. | wə’atə wə’atâ higaḏətā hayywōm ’ēṯ ’ăšer-‘āśîṯâ ’itî ṭwōḇâ ’ēṯ ’ăšer sigəranî JHWH bəyāḏəḵā wəlō’ hăraḡətānî: |
En gij hebt [mij] heden aangewezen, dat gij mij goed gedaan hebt; want de HEERE had mij in uw hand besloten, en gij hebt mij niet gedood.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
En gij hebt [mij] heden aangewezen, dat gij mij goed gedaan hebt; want de HEERE had mij in uw hand besloten, en gij hebt mij niet gedood.
____Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!